De geschiedenis van het
Veilingterrein wordt bepaald door het Merwedekanaal, de voorloper
van het Amsterdam-Rijnkanaal, aan het eind van de negentiende eeuw
gegraven als verbinding tussen Amsterdam en de grote rivieren. In
1892 werd het Merwedekanaal in gebruik genomen. Het duurde echter
nog tot 1920 voor er een binnenhaven werd gegraven, de zogenaamde
Loshaven. Daarlangs vestigden zich handelaren in bouwmaterialen.
Kort daarna werd, in samenhang met de bouw van een grote hal voor
de groenten- en fruitveiling, de Veilinghaven aangelegd.
Veilinghaven met spoorverbindingen
De Veilinghal, waar zowel de markten van het Paardenveld als van
het Vredenburg naar over werden gebracht, bleek een groot succes.
Zo zelfs dat in 1948 besloten werd een tweede hal te bouwen tegen
de eerste aan. In 1960 volgde nog eens de bouw van een derde hal.
Langs de Veilinghaven waren diverse spoorlijnen aanwezig die
gebruikt werden voor het transport van de goederen. De veiling en
de aanwezigheid van goede transportverbindingen zowel per spoor als
over het water trokken veel koel- en overslagbedrijven naar dit
gebied.
De aanvoer van groente en fruit begon in de zestiger jaren
echter meer en meer over de weg te lopen. In 1968 werd de veiling
naar een nieuw en groter complex in Nieuwegein overgebracht. Al
voor dit vertrek werd het gedeelte van de Veilinghaven tussen de
Heycopstraat en de Bolksbeekstraat gedempt.
Na de demping van een ander deel van de Veilinghaven vestigde de
Stadstimmerwerf zich in 1968 in dit gebied. In de jaren die
volgden, werd het voormalige veilingterrein een slordig, diffuus
gebied, een verzamelplaats voor uiteenlopende functies zoals de
stadstimmerwerf, bedrijven, een terrein voor woonwagens en een
oefenruimte voor muzikanten. Het was een gebied waar je niet kwam
als je er niets te zoeken had. En zo werd hier achttien hectare
grond, dichtbij het stadscentrum en gesitueerd aan het water,
jarenlang extensief gebruikt. Dit veranderde aan het eind van de
jaren negentig. De Vinex introduceerde een beleid dat was gericht
op intensief en geconcentreerd ruimtegebruik in de steden. Met de
woningnood in Utrecht was het zaak om ook alle beschikbare
terreinen binnen de bestaande stad effectief te gaan gebruiken.
Dichterswijk West bleek een gebied met ongekende mogelijkheden. Het
was groot en lag in de directe nabijheid van het stationsgebied, de
uitvalswegen en het stadscentrum. Bovendien verleenden de oevers
van het Merwedekanaal, de veilinghaven en enkele industriële
overblijfselen het gebied karakter en volop mogelijkheden voor
interessante woningbouw. Vanaf het vertrek van de veiling tot aan
de sloop in 2000 is de Veilinghal als sporthal gebruikt. De
gesloopte grote veilinghal is door de gemeente geschonken aan het
Land van Ooit en zal daar weer in originele staat worden opgebouwd.
In het monumentale veilingkantoor dat blijft bestaan, komt een
sportschool met gymzaal en een ruimte voor kinderopvang.
Als herinnering aan de oorspronkelijke bedrijvigheid rondom de
haven zijn langs de Veilinghavenkade vier zand- en grindtrechters
en een historische (zandoverslag) kraan behouden gebleven. Samen
zijn ze een verwijzing naar het verleden en versterken ze de
havensfeer. De trechters zijn verbouwd tot atelierruimten of
bedrijfsruimten. Door de trechters te verbouwen en er functies in
te brengen worden ze heel typerend "U-Trechters" genoemd. De
U-Trechter bestaat uit twee verdiepingen. Een trap vanaf het
maaiveld brengt je bij de onderste verdieping. Deze meet 2,5 bij
2,5 meter en heeft een plafond van 6,8 bij 6,8 meter! Met een trap
kan je verder naar boven om uit te komen op de tweede verdieping
met de afmetingen 7,1 bij 7,1 meter. Alle aanpassingen aan de
originele trechter zijn opgenomen in de verstijvingsconstructie van
de trechter, dit om het beeld van de trechter als havenelement
zoveel mogelijk te behouden. Daarnaast staat er op de kade de
authentieke grijper van de kraan.
Smaakmaker van het Veilinghalterrein is echter het voorgebouw
van de oude Veilinghal. Dit werd gerestaureerd en verbouwd en maakt
nu deel uit van Basisschool De Kleine Dichter. Met zijn zorgvuldige
metselwerk en detaillering en de monumentale symmetrische gevel met
bordes en torentje, is het bouwwerk een prachtig voorbeeld van
utiliteitsbouw uit de jaren twintig en dertig. Het werd aan de
achterzijde uitgebreid met een vrij neutraal bouwvolume en kreeg
aan de voorzijde een speelplein. Centraal op het Veilingterrein
ligt een semi-openbaar binnengebied en op de kop een
moeras-drastuin met ecologische functie.
Loop na het vinden van deze cache nog eens even door deze unieke
wijk in Utrecht, een van de weinige Vinex wijken middenin een
prachtig oude stad!
Veel succes en plezier bij het zoeken, maar bedenk je wel de
volgende dingen:
- Je zoekt naar een micro
cache
- Het punt is druk bezocht, vooral
tijdens kantooruren.
- Een travelbug of geocoin gaat
hier niet passen, of het moet een kleine zijn
- Je kleren zouden wel eens vuil
kunnen worden