Ook tijdens WW2 is Brugge en Oostkamp niet gespaard gebleven. Hier en daar kan je nog sporen terugvinden.
De nacht van donderdag op vrijdag, 10 mei 1940 om 04.30 uur, viel Duitsland België binnen, een snode aanval op een vredelievend land zonder vooraf een memorandum aan de Belgische regering over te maken. Deze agressieve Duitse Blitzkrieg was het begin van een volledige ontreddering en chaos. De Belgische militaire verliezen bedroegen 7.500 gesneuvelden en 16.000 gekwetsten. De bevolking was de wreedheden van de Duitse agressor tijdens de Eerste Wereldoorlog nog lang niet vergeten en zag op schrikbare wijze de terreur aanjagende Nazi-horden net zoals in 1914 ons land binnenrukken. Door de installatie van een bezettingsbestuur aangevuld met collaborateurs en sympathisanten van de Nieuwe Orde evenals harde onmenselijke eisen van uit Berlijn zoals de verplichte tewerkstelling, de avondklok, de gebrekkige voedselvoorziening, raakten het misprijzen en de anti-Duitse haatgevoelens van de bevolking al snel in een stroomversnelling.
Het verzet in België was bijgevolg een reactie op de bezetting en de collaboratie en voor velen het verderzetten van hun anti-fatische opvattingen, trouw en vaderlandsliefde. Het is niet gemakkelijk nauwkeurig het historisch ogenblik te bepalen waarop in België het verzet geboren werd. Het was het resultaat van een geheimzinnig proces, van een stille revolutie. Aanvankelijk was het verzet een zaak van enkelingen die met pesterijen en kleine sabotagedaden de bezetter en collaborateurs duidelijk wilden maken dat zij niet gewenst waren. Vanaf eind 1940 verschenen ook de eerste sluikbladen.
Als bleek dat Groot Brittannië het Duitse leger bleef trotseren wakkerde dit het natuurlijk optimisme der Belgen, hun instinctieve haat tegen alle dwingelandij op en verscherpten de verzetsacties.
De groep “Clarence” vanaf de meidagen 1940, gesticht door Walthére Dewé. De sector West-Vlaanderen werd geleid door François Joos (alias Freddy) Hun taak was de troepenbewegingen in het Brugse en langs de kust te observeren (o.a. het kasteel Ter Linden te Sint-Michiels een ultra geheime basis die het scheepvaartverkeer op het kanaal controleerde en detecteerde en cruciaal was voor het Duitse beveiligheidssysteem. Te Brugge waren o.a. Gaston Roelandts en Raoul Mertens bijzonder actief. Zij beschikten over een radiozendpost in de abdij van Steenbrugge. Gaston Roelandts werd in nooit geheel opgehelderde omstandigheden verraden en op 21 juli 1943 (nationale feestdag) in Rieme gefusilleerd. Ook twee broeders van de Abdij van Steenbrugge die samen met Gaston Roelandts aangehouden werden bekochten dit met hun leven. Broeder Leo (Maurice Steyaert) werd gefusilleerd in Oostakker en Broeder Johannes (Albert De Backer) stierf in een Duitse gevangenis.
Also during WW2, Bruges and Oostkamp were not spared. You can still find traces here and there.
On the night from Thursday to Friday, May 10, 1940 at 04:30 am, Germany invaded Belgium, a nefarious attack on a peace-loving country without first handing over a memorandum to the Belgian government. This aggressive German Blitzkrieg was the beginning of complete upheaval and chaos. Belgian military losses amounted to 7,500 killed and 16,000 wounded. The population had far from forgotten the atrocities of the German aggressor during the First World War and saw the terror-inducing Nazi hordes invade our country in a terrifying way, just as in 1914. Due to the installation of an occupation administration, supplemented by collaborators and sympathizers of the New Order, as well as harsh inhumane demands from Berlin such as compulsory employment, the curfew, the inadequate food supply, the contempt and anti-German hatred of the population soon turned into a rapids.
The resistance in Belgium was therefore a reaction to the occupation and collaboration and, for many, the continuation of their anti-phatic views, loyalty and patriotism. It is not easy to accurately determine the historical moment when the resistance was born in Belgium. It was the result of a mysterious process, of a silent revolution. Initially, the resistance was a matter for a few individuals who wanted to make it clear to the occupier and collaborators by bullying and minor acts of sabotage that they were not wanted. From the end of 1940, the first covert magazines also appeared.
If it turned out that Great Britain continued to defy the German army, this fueled the natural optimism of the Belgians, their instinctive hatred of all tyranny and intensified the resistance actions.
The group “Clarence” from May 1940, founded by Walthére Dewé. The West Flanders sector was led by François Joos (alias Freddy). Their task was to observe troop movements in Bruges and along the coast (including Ter Linden Castle in Sint-Michiels, an ultra-secret base that controlled shipping traffic on the canal and and was crucial for the German security system. In Bruges, among others, Gaston Roelandts and Raoul Mertens were particularly active. They had a radio broadcasting station in the abbey of Steenbrugge. Gaston Roelandts was betrayed in circumstances never fully clarified and on 21 July 1943 (national holiday) in Rieme Two brothers from Steenbrugge Abbey who were arrested together with Gaston Roelandts also paid with their lives.Brother Leo (Maurice Steyaert) was executed in Oostakker and Brother Johannes (Albert De Backer) died in a German prison.
Aussi pendant la Seconde Guerre mondiale, Bruges et Oostkamp n'ont pas été épargnés. Vous pouvez encore trouver des traces ici et là.
Dans la nuit du jeudi au vendredi 10 mai 1940 à 04h30 du matin, l'Allemagne envahit la Belgique, une attaque infâme contre un pays épris de paix sans remettre au préalable un mémorandum au gouvernement belge. Cette Blitzkrieg allemande agressive a été le début d'un bouleversement et d'un chaos complets. Les pertes militaires belges s'élèvent à 7 500 tués et 16 000 blessés. La population était loin d'avoir oublié les atrocités de l'agresseur allemand pendant la Première Guerre mondiale et a vu les hordes nazies semer la terreur envahir notre pays de manière terrifiante, tout comme en 1914. En raison de l'installation d'une administration d'occupation, complétée par des collaborateurs et des sympathisants de l'Ordre nouveau, ainsi que de dures revendications inhumaines de Berlin telles que l'emploi obligatoire, le couvre-feu, l'approvisionnement alimentaire insuffisant, le mépris et la haine anti-allemande de la population bientôt transformé en un rapide.
La résistance en Belgique était donc une réaction à l'occupation et à la collaboration et, pour beaucoup, la continuation de leurs vues antiphatiques, de leur loyauté et de leur patriotisme. Il n'est pas facile de déterminer avec précision le moment historique où la résistance est née en Belgique. C'était le résultat d'un processus mystérieux, d'une révolution silencieuse. Au départ, la résistance était l'affaire de quelques individus qui voulaient faire comprendre à l'occupant et à ses collaborateurs par des brimades et des actes de sabotage mineurs qu'ils n'étaient pas recherchés. Dès la fin de 1940, les premiers magazines clandestins apparaissent également.
S'il s'avérait que la Grande-Bretagne continuait à défier l'armée allemande, cela alimentait l'optimisme naturel des Belges, leur haine instinctive de toute tyrannie et intensifiait les actions de résistance.
Le groupe « Clarence » de mai 1940, fondé par Walthére Dewé. Le secteur Flandre Occidentale était dirigé par François Joos (alias Freddy), chargé d'observer les mouvements de troupes à Bruges et le long de la côte (dont le château de Ter Linden à Sint-Michiels, une base ultra-secrète qui contrôlait le trafic maritime sur le canal et et était crucial pour le système de sécurité allemand. A Bruges, entre autres, Gaston Roelandts et Raoul Mertens étaient particulièrement actifs. Ils avaient une station de radiodiffusion dans l'abbaye de Steenbrugge. Gaston Roelandts a été trahi dans des circonstances jamais complètement clarifiées et le 21 juillet 1943 (fête nationale) à Rieme Deux frères de l'abbaye de Steenbrugge qui ont été arrêtés avec Gaston Roelandts ont également payé de leur vie. Le frère Leo (Maurice Steyaert) a été exécuté à Oostakker et le frère Johannes (Albert De Backer) est mort dans une prison allemande.
Auch im Weltkrieg 2 Ablieben Brügge und Oostkamp nicht verschont. Hier und da findet man noch Spuren.
In der Nacht von Donnerstag auf Freitag, den 10. Mai 1940 um 04:30 Uhr marschierte Deutschland in Belgien ein, ein schändlicher Angriff auf ein friedliebendes Land, ohne zuvor ein Memorandum an die belgische Regierung zu übergeben. Dieser aggressive deutsche Blitzkrieg war der Beginn eines völligen Umbruchs und Chaos. Die belgischen Militärverluste beliefen sich auf 7.500 Tote und 16.000 Verwundete. Die Bevölkerung hatte die Gräueltaten des deutschen Aggressors während des Ersten Weltkriegs noch lange nicht vergessen und sah, wie 1914 die terrorstiftenden Nazi-Horden auf erschreckende Weise in unser Land eindrangen. Durch die Einrichtung einer Besatzungsverwaltung, ergänzt durch Kollaborateure und Sympathisanten der Neuen Ordnung, sowie harte menschenverachtende Forderungen aus Berlin wie Arbeitszwang, Ausgangssperre, die unzureichende Lebensmittelversorgung, die Verachtung und der antideutsche Hass der Bevölkerung verwandelte sich bald in eine Stromschnelle.
Der Widerstand in Belgien war daher eine Reaktion auf die Besetzung und Kollaboration und für viele die Fortsetzung ihrer antiphatischen Ansichten, ihrer Loyalität und ihres Patriotismus. Es ist nicht einfach, den historischen Moment genau zu bestimmen, als der Widerstand in Belgien geboren wurde. Es war das Ergebnis eines mysteriösen Prozesses, einer stillen Revolution. Der Widerstand war zunächst Sache einiger weniger Einzelpersonen, die den Besatzern und Kollaborateuren durch Mobbing und kleinere Sabotageakte deutlich machen wollten, dass sie nicht erwünscht seien. Ab Ende 1940 erschienen auch die ersten verdeckten Zeitschriften.
Wenn sich herausstellte, dass Großbritannien sich weiterhin der deutschen Armee widersetzte, nährte dies den natürlichen Optimismus der Belgier, ihren instinktiven Hass gegen jede Tyrannei und verschärfte die Widerstandsaktionen.
Die Gruppe „Clarence“ ab Mai 1940, gegründet von Walthére Dewé. Der Westflandern-Sektor wurde von François Joos (alias Freddy) geleitet, dessen Aufgabe es war, Truppenbewegungen in Brügge und entlang der Küste zu beobachten (einschließlich der Burg Ter Linden in Sint-Michiels, einer streng geheimen Basis, die den Schiffsverkehr auf dem Kanal kontrollierte). und war von entscheidender Bedeutung für das deutsche Sicherheitssystem. In Brügge waren unter anderem Gaston Roelandts und Raoul Mertens besonders aktiv. Sie hatten eine Rundfunkstation in der Abtei von Steenbrugge. Gaston Roelandts wurde unter nie ganz geklärten Umständen und am 21. Juli 1943 verraten (Nationalfeiertag) in Rieme Zwei Brüder aus der Abtei Steenbrugge, die zusammen mit Gaston Roelandts verhaftet wurden, bezahlten ebenfalls mit ihrem Leben. Bruder Leo (Maurice Steyaert) wurde in Oostakker hingerichtet und Bruder Johannes (Albert De Backer) starb in einem deutschen Gefängnis.