Op de Nete is er altijd veel binnenscheepvaartverkeer geweest. Langs de oevers van de rivier lagen (en liggen nog) talrijke loskaden van de fabrieken. Via deze natuurlijke waterweg was en is immers goedkoop vervoer mogelijk. Het "sas" of de sluizen aan de Binnenweg, speelden daarbij een belangrijke rol. De uitvoering van de geplande werken heeft bijna twintig jaar in beslag genomen. Reeds in 1938 werd beslist het Netekanaal verder te graven, zodat de verbinding met de benedenNete tot stand kwam.
Pas in 1950 werd het kanaal doorgetrokken tot Duffel en eerst op 23 oktober 1961 werden de sluizen geopend. Zo kwam de verbinding tot stand tussen het Albertkanaal, het Netekanaal enerzijds en de Nete, de Rupel en de Schelde anderzijds.
De sassenier kan het verloop van de schutting en de versassing, die elektro-mechanisch gebeurt, op speciale Tv-schermen volgen. Bovendien kan wegens de aangepaste, sterke verlichting dag en nacht geschut worden. Per jaar gebeuren er tussen de 9 000 en 10 500 verrassingen. Dit is goed voor circa één miljoen ton goederen. Vóór de kalibrering liet de beneden-Nete in een normale vaart schepen van 600 tot 800 ton toe, nu van 1000 tot 1300 ton
Bron: Duffel NU 1900 - 1985