Het menselijk lichaam: Het oog Mystery Cache
Het menselijk lichaam: Het oog
-
Difficulty:
-
-
Terrain:
-
Size: 
(micro)
Please note Use of geocaching.com services is subject to the terms and conditions
in our disclaimer.
Het menselijk oog
Het oog wordt beschermd door een aantal ‘lichaamsdelen’: De wenkbrauwen leiden zweetvocht langs de ogen. De traanklieren, boven de oogbollen, produceren traanvocht. Traanvocht spoelt stof weg en beschermt tegen uitdroging. Ook toont traanvocht verdriet. Oogleden beschermen tegen invallende deeltjes en te sterk licht. Ook verspreiden ze het traanvocht over het oogoppervlak.
De huid van de oogleden is flexibel en dun - slechts 0,5 mm. Hierdoor kan het oog knipperen. Knipperen is nodig om het oog van vocht te voorzien. Traanbuizen zorgen ervoor dat het traanvocht wordt afgevoerd naar de neusholte.
In feite bestaat het oog uit drie onderdelen: de oogbol, de oogspieren (die de oogbol draaien) en de oogzenuw (die impulsen naar de hersenen leidt).
De oogbol bestaat uit het harde oogvlies, vaatvlies, het netvlies en het glasachtig lichaam.
Het harde oogvlies geeft stevigheid en bescherming en bestaat uit een wit bindweefselkapsel.Aan de voorzijde gaat het over in het hoornvlies. De functie van het harde oogvlies is lichtbreking.
Het vaatvlies dient voor bloedvoorziening en is rood van kleur. Aan de voorzijde van het vaatvlies bevindt zich de pupil.
Dit is een ‘zwarte’ opening in de iris. Ook aan de voorzijde zit de iris. Dit is een regenboogvlies, een rond gedeelte met de oogkleur. De pupil heeft straalsgewijs lopende spieren voor pupilvergroting en een kringspier voor pupilverkleining. Wanneer er veel licht is, is de pupil klein, zodat het licht het oog niet beschadigt. Wanneer er weinig licht is, is de pupil groot, zodat er zo veel mogelijk licht in het oog kan komen. Het groter en kleiner worden van de pupil is een reflex, het pupilreflex. Het pupilreflex wordt geregeld door het autonome zenuwstelsel.
De lens zorgt ervoor dat je scherp kan zien. Hiervoor kan de lens boller en platter worden. De lens is opgehangen in het straalvormig lichaam. Dit zit aan de rand van het vaatvlies. Dit straalvormige lichaam bestaat uit een soort van kringspier en lensbandjes. De kringspier zit door middel van de lensbandjes vast aan de lens. De lens wordt boller wanneer de kringspier van het straalvormig lichaam zich samentrekt.
Om goed dichtbij te kunnen zien, moet de lens zich bollen. De kringspier van het straalvormige lichaam moet dan dus samentrekken. Om in de verte goed te kunnen zien, heb je een wat plattere lens nodig. De kringspier moet zich dan ontspannen.
Wanneer je bijziend bent, kun je alleen dichtbij scherp zien. Bij verziendheid kun je juist alleen in de verte scherp zien. Bijziend- en verziendheid kun je compenseren met een bril of lenzen.
Wanneer je bijziend bent, heb je een negatieve lens nodig. Wanneer je in de verte kijkt, valt het beeld namelijk voor je netvlies.
Een negatieve lens is een holle lens. Deze is aan de randen dikker dan in het midden. Wanneer je verziend bent, heb je een positieve lens nodig. Wanneer je als je verziend bent dichtbij kijkt, valt het beeld achter je netvlies. Een positieve lens is een bolle lens. Deze is in het midden dikker dan aan de randen. Van de lens wordt het beeld dat in het oog valt op het netvlies afgebeeld. Het beeld wordt verkleind en omgekeerd op het netvlies ‘geprojecteerd’. Achterop het netvlies zitten kegeltjes en staafjes, die impulsen naar de hersenen sturen wanneer er licht op valt. Wanneer er licht valt op die kegeltjes of staafjes, wordt er een lichtgevoelige stof omgezet.
De kegeltjes zijn gevoelig voor kleuren. Ze werken goed bij veel licht. Er zijn drie typen kegeltjes: voor blauw, rood en groen licht. Als er een andere kleur licht is, worden er meerdere typen kegeltjes tegelijk geprikkeld. Bij paars worden de typen kegeltjes voor blauw en rood licht geprikkeld. Bij donkerpaars worden er meer ‘blauwe’ dan ‘rode’ impulsen doorgegeven. Wanneer alle typen kegeltjes tegelijk evenveel impulsen afgeven, dan zie je wit.
De staafjes zijn alleen gevoelig voor contrast. Ze kunnen dus alleen zwart, grijs en wit doorgeven. De staafjes hebben weinig licht nodig om beelden op te kunnen vangen. De staafjes hebben vitamine A nodig om te functioneren. Wanneer je schemering vrijwel niets ziet, wanneer je dus nachtblind bent, zou dat kunnen komen door een tekort aan vitamine A.
In het netvlies, ongeveer in een rechte lijn achter de pupil, bevindt zich de gele vlek. Hiermee kun je het beste scherp zien. De kegeltjes liggen vooral in de gele vlek. De staafjes liggen rondom de gele vlek.
Je hebt ook een blinde vlek. Als er een beeld op de blinde vlek valt, dan zie je dit niet. Bij de blinde vlek verlaten zenuwuitlopers de oogbol. In de blinde vlek zitten dus geen staafjes en kegeltjes, vandaar dat je daar niets mee kunt zien.
Doordat je twee ogen hebt, kun je diepte zien. Je ogen zien namelijk eenzelfde voorwerp op twee net iets verschillende manieren. Het blikveld van beide ogen overlapt elkaar en smelt samen om scherp te kunnen stellen op een object. De twee verschillende beelden (van de twee ogen) die de hersenen binnen krijgt, worden in de hersenen verwerkt tot één beeld. Doordat de beelden net iets verschillend zijn, kun je diepte zien.
De hersenen doen nog iets belangrijks met de beelden die ze binnen krijgen: op het netvlies staan de beelden op z’n kop, maar de hersenen corrigeren dit automatisch, zodat je alles toch ‘rechtop’ ziet.
Vul het ontbrekende woord in.
1 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. A=
2 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. B=
3 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. C=
4 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. D=
5 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. E=
6 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. F=
7 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. G=
8 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. H=
9 .....................Neem het aantal letters van de oplossing. J=
10....................Neem het aantal letters van de oplossing. K=
11....................Neem het aantal letters van de oplossing. L=
12....................Neem het aantal letters van de oplossing. M=
Los de volgende sommen op voor de eindcoordinaten
((A+B+C+D+F+G+J+K+L+1)x(K-D)+E)xH =STUV
(((C+E+G+H+K+M)xB)+G)x((G+H)-(A+B+C)) =XYZ
De cache is te vinden op:
52°5S.TUV
006°00.XYZ
Vergeet niet het bonusgetal te noteren
Additional Hints
(Decrypt)
Mvrg' vr urg bs mvrg' vr urg avrg