Deze cache is goed te combineren met Park & Cache IV (GCNWF7).
Het bureauwerk:
Een rechercheur verricht vaak eerst onderzoek op het politiebureau, bureauwerk dus. Hij verricht dactyloscopisch onderzoek, onderzoekt mobiele telefoons, speurt op internet en gaat daarna pas naar buiten om de verdachte te traceren. Hij beheerst dactyloscopie, heeft de beschikking over een computer met een internet-aansluiting.
Het veldwerk:
Een goed rechercheur volgt het spoor naar de verdachte op zeer discrete wijze. Hij neemt in zijn onopvallende politieauto onder andere een mobiele telefoon en een vergrootglas mee. Aangetroffen sporen die in de richting van de verdachte wijzen, worden heel grondig en secuur onderzocht. Hij laat de omgeving niet weten dat hij een spoor onderzoekt. Een aangetroffen spoor legt hij in verband met een latere reconstructie altijd weer terug op de plaats van aantreffen.
Zoals bij de meeste onderzoeken heb je ook bij dit onderzoek heel weinig aanknopingspunten en niemand vertelt je hoe je met gevonden aanwijzingen om moet gaan. Het secuur rapporteren is een vereiste: misschien heb je deze later nodig om het bewijs tegen de verdachte rond te krijgen. Denk dus goed na een maak het onderzoek niet stuk.
Het bureauwerk.
Het onderzoek begint met het beantwoorden van de volgende vraag:
Wat zijn de kleuren van de striping van een politieauto?
rood en groen = 02; rood en geel = 03; groen en geel = 04; blauw en groen = 05; blauw en rood = 06.
Het juiste antwoord is aanwijzing A.
De dief heeft iets gestolen.
Op de plaats delict vind je deze vingerafdruk.
Je stelt in de verzameling dactyloscopische signalementen een onderzoek in.
176-167 (dactycode 300)
176-671 (dactycode 350)
176-761 (dactycode 141)
716–167 (dactycode 045)
617-761 (dactycode 461)
671-716 (dactycode 310)
761-176 (dactycode 321)
716-176 (dactycode 426)
Welke dactycode hoort bij het aangetroffen vingerspoor?
Dit is aanwijzing B.
Bij de verhoren maken verdachten vaak gebruik van hun zwijgrecht. Op grond van welk artikel uit het Wetboek van Strafvordering moet een verdachte meegedeeld worden dat hij niet tot antwoorden is verplicht?
Dit is aanwijzing C.
Het veldwerk.
Nu begint het veldwerk op zoek naar de verdachte. Aan de hand van de verkregen aanwijzingen kun je berekenen op welke plaats je je dienstauto kunt parkeren en het spoor van de verdachte kunt volgen.
Aanwijzing A:
Aanwijzing B:
Aanwijzing C:
Parkeren op: N 52° (A-3).(C*C)-152 E005° (C-11).(B*2)-71
Volg het spoor naar N 52° (A/2).(B*2) + 72 E005° (3*A).B + 367) waar er vanzelf een lampje gaat branden. Hier begint de klopjacht naar de boef.