|
Auster Mk.V
Bij slecht weer vertrok op 11 oktober 1944 van B.84 Keent de Auster met aan boord de Flying Officers Louis Paul Piché en Arthur James Horell, beiden van het 443 (Hornet) Squadron. De reis ging naar Antwerpen en Brussel. Horrell moest een Spitfire ophalen van het vliegveld Deurne bij Antwerpen, terwijl Piché in Brussel onderdak wilde regelen voor het technische personeel van de wing, dat op verlof ging. Omdat de Auster nooit in Antwerpen was aangekomen, werd op de 15e een Spitfire uitgezonden om uit te zien naar de beide vermiste piloten.
In de avond keerde deze onverrichterzake terug. De twee vliegers van de Auster Mk.V (NJ669) van de 127 Wing moeten al vrij kort na hun vertrek zijn verdwaald en boven het front in de Peel zijn gekomen. Door mitrailleurvuur vanaf de grond werd het toestel neergeschoten en brandde geheel uit met Piché en Horell, beiden Canadees, nog aan boord. Pas op 21 oktober 1944 werd de vermiste Auster gevonden door de bemanning van een Auster van 659 AOP Squadron.
Links: Flying Officer Arthur James Horrell in Service Dress.
Rechts: Een vliegende Taylorcraft Auster Mk.V. Een dergelijke verkenner en verbindingstoestel
stortte bij Ysselsteyn aan de Deurneseweg neer. Foto: Stephen Blee.
Het lag aan de Deurneseweg op 220 meter ten noordwesten van de boerderij van Jeurissen te Ysselsteyn in de Gemeente Venray. Naast het wrak bevonden zich drie veldgraven. In twee daarvan rustten Flying Officers Louis Paul Piché en Arthur James Horell. Het derde graf was dat van Private Harold Hallett Phillips, soldaat bij de King’s Shropshire Light Infantry, die in de omgeving was gesneuveld.
Links: Flying Officer Louis Paul Emile Piché in de cockpit van een Spitfire.
Rechts: Veldgraven van Arthur J. Horrell, Louis P.E. Piché en van Pvt. H.H. Phillips, gesneuveld bij Ysselsteyn.
Foto: Stichting Historie Ysselsteyn.
Naar verluidt zouden de verbrandde en zwaar verminkte vliegers op eigen verzoek door een Duitse patrouille zijn doodgeschoten en in een veldgraf naast het wrak van de Auster zijn gelegd. Een jaar lang werden de graven verzorgd door de familie Jeurissen, alvorens de lichamen werden overgebracht naar het oorlogskerkhof van Venray (Graven I.E.12-13).
Tegen het einde van de Slag bij Overloon werd een Duitse militair gevangen genomen die de identificatieplaatjes van de beide vliegers bij zich droeg.
Bron: Vliegtuigcrashes en noodlandingen 1940-1945 Gemeente Venray (Auteur: Ruud Wildekamp)
"Lest we forget"
'1940 -1945'
"Opdat wij niet vergeten"
Geplaatst met toestemming van de Gemeente Venray en medewerking van de Werkgroep Vliegtuigcrashes en Noodlandingen WO II Gemeente Venray en heemkunde groep "Historie Ysselsteyn"
|