|
Handley Page "Halifax" Mk.II
In de nacht van maandag 21 op dinsdag 22 juni 1943 was er veel vliegverkeer boven de gemeente Venray. Het was duidelijk dat er een grote luchtaanval op Duitsland gaande was. Een grote macht van 705 Britse bommenwerpers had opdracht de industriestad Krefeld te bombarderen. De Duitse nachtjagers weerden zich heftig en 38 van de aanvallers kwamen voortijdig op de grond.
Major Günther Radusch, Gruppenkommandeur van II./NJG 3, gedetacheerd bij I./NJG 1 te Venlo om ervaring op te doen met de nieuwe nachtjager Heinkel He 219, vloog ook deze nacht tegen de Britse formatie. Om 01.34 uur zag hij kans om de Handley Page Halifax II (HR799, TL-R) van het 35 Squadron neer te halen. De machine die om 23.12 uur plaatselijke tijd van het vliegveld Graveley in Huntingdonshire was opgestegen, werd tien minuten vliegen voor het doel beschoten. Daarbij vloog de rechter binnenmotor in brand en viel uit. De propeller kon niet in de vaanstand worden gebracht en de brand breidde zich snel uit. De eerste piloot, de Nieuw Zeelander Bill Hickson, gaf daarop zijn bemanning het bevel te springen. Direct nadat de bemanning uit het toestel was, vond een explosie plaats en vielen stukken brandend neer. De crash had plaatsgevonden te Klein Oirlo/Castenray in de buurtschap Valkenberg, schuin tegenover de boerderij van de familie Maes.
De bemanning van de Halifax HR799. Achter v.l.n.r.: P. Croft; W. Brown;
W. Hickson (toen nog Flight Sergeant); A. Hutchison. Voor v.l.n.r.: F. Maltas;J. Dowsing;
J. Graham. Op de foto ontbreekt H. Krohn.
De bemanning van het toestel bestond uit:
*** 1e piloot Pilot Officer William Hickson, Nieuw-Zeeland
*** 2e piloot Flight Sergeant Henry John Krohn, Australië (KIA)
*** schutter Pilot Officer William Gordon Leslie Brown (KIA)
*** navigator Flight Sergeant Alan D. Hutchison, Canada
*** bommenrichter Sergeant P.H. Croft, Engeland
*** radiotelegrafist Sergeant J.H. Graham, Canada
*** schutter Sergeant L.F. Dowsing, Engeland
*** boordwerktuigkundige Sergeant F.S. Maltas, Engeland
Eén omgekomen bemanningslid lag dicht bij de boerderij van Maes. Deze dode was de Australische Flight Sergeant Henry John Krohn. Zijn parachute had dienst geweigerd. Ook luchtschutter Pilot Officer William Gordon Leslie Brown liet bij deze crash het leven. Beide doden werden in Venlo begraven (Krohn graf XXVII.337; Brown graf XXVII.336) en na de oorlog overgebracht naar de oorlogsbegraafplaats Jonkerbos in Nijmegen (Brown graf 7.H.8; Krohn graf 7.I.1).
De overige bemanningsleden konden het brandende toestel tijdig verlaten en kwamen behouden aan de grond. Hickson verborg zich voor de Duitsers onder een bruggetje over de Lollebeek en kwam na enkele dagen op de boerderij ‘Eikenhof’ in Veulen bij de familie Van Staveren. Hij verbleef daar ruim een week. Omdat de Gestapo huiszoekingen ging doen naar bemanningsleden van neergestorte vliegtuigen, werd William Hickson naar een ondergrondse schuilplaats in de bossen bij Oirlo gebracht. De verveling sloeg daar toe en hij was blij dat hij al na een dag of twee gezelschap kreeg. Het was de Nieuw Zeelander Basil Broadhead van het 75NZAF (New Zealand Air Force) Squadron. Broadhead was neergeschoten tijdens een ‘raid’ vanaf Newmarket Engeland op Mülheim (Ruhrgebied) op 22/23 juni 1943. Zijn vliegtuig, de Short Stirling BK810, was bij Oostrum terecht gekomen.
Links: Piloot Bill Hickson uit Nieuw Zeeland.
Rechts: Een Halifax stort in vlammen gehuld naar beneden.
Na ongeveer een week in het bos verstopt te zijn geweest, werden beide mannen via Meterik naar een boerderij op de Zwarte Plak in America gebracht en vandaar bij daglicht en gezeten op een motorfiets met zijspan van een Nederlandse politieman via Venlo en Roermond naar Sittard gebracht. Van Sittard ging de tocht naar Tilburg en van daar naar Apeldoorn. Het verzet had namelijk het gerucht vernomen dat gevluchte bemanningsleden door een onderzeeër in de Waddenzee zouden worden opgepikt.
In Apeldoorn werd het gezelschap echter door de Gestapo ingerekend. Ze werden enige tijd voor verhoor in cellen van de beruchte Scheveningse gevangenis opgesloten, want men wilde hun ontsnappingsadressen achterhalen.
Uiteindelijk belandde Hickson in het ver in het oosten van Duitsland gelegen krijgsgevangenenkamp Stalag Luft III te Sagan. Bij de nadering van de Russen in 1945 werden de gevangenen onder slechte omstandigheden overgebracht naar Bremen. Zijn bevrijding volgde daarop in Lübeck.
Ook Hutchison werd door het verzet op een ontsnappingslijn gezet, maar hij werd uiteindelijk in het Franse Bordeaux gevangen genomen. De overige vier ontsnapten waren al na korte tijd opgebracht. Sergeant Graham belandde in Stalag Luft IV.B, Mühlberg a.d. Elbe.
Bron: Vliegtuigcrashes en noodlandingen 1940-1945 Gemeente Venray (Auteur: Ruud Wildekamp)
"Lest we forget"
'1940 -1945'
"Opdat wij niet vergeten"
Geplaatst met toestemming van de Gemeente Venray en medewerking van de
Werkgroep Vliegtuigcrashes en Noodlandingen WO II Gemeente Venray.
Versie: 1.0 dd: 07-10-2019
|