Vuurelfen leven teruggetrokken in de diepte van het bos. Ze hebben hun eigen huisjes en wetten en bemoeien zich eigenlijk zelden of nooit met de andere elfenstammen.
Vuurelfen hebben kenmerkende rode haren en ogen die zich nog het beste als gloeiende kolen weten te beschrijven. De combinatie van hun rode haren met hun keuze voor oranje, gele en rode kleding maken ze tot een bijzondere verschijning. Hun huid lijkt op gewone huid maar niets is minder waar; aanraking van een Vuurelf kan dodelijk zijn. Door hun huid zijn Vuurelfen volledig immuun voor vuur en daarom kunnen ze elkaar onderling wel gewoon aanraken.
Vuurelfen zijn fysiek niet echt sterk maar de combinatie van intelligentie, wilskracht en hun goede aanleg voor tovenarij (in het bijzonder vuurmagie) maken ze gevaarlijk. Als vuurelfen hun zin niet krijgen dan zorgen ze ervoor dat de hele boel in de fik vliegt. Maar gelukkig zijn er niet al te veel confrontaties met de andere elfenstammen.
Water is hun grootste vijand want elke druppel ‘verbrand’ hun huid. Rivieren en sloten zullen ze dus zonder brug nooit over kunnen steken. Daarnaast is vorst ook een van hun zwakke punten.
Sommige verhalen beschrijven dat Vuurelfen een afstamming van de Zwarte elfen zijn, verbannen doordat ze heimelijk hun magische vuurkrachten probeerden uit te breiden.
