Skip to content

Monumenten in Hengelo Multi-cache

Hidden : 8/25/2013
Difficulty:
2 out of 5
Terrain:
1 out of 5

Size: Size:   small (small)

Join now to view geocache location details. It's free!

Watch

How Geocaching Works

Please note Use of geocaching.com services is subject to the terms and conditions in our disclaimer.

Geocache Description:

Met deze cache tonen we jullie enkele van de mooie gebouwen die in Hengelo te vinden zijn. Bij elk gebouw een stukje uitleg/achtergrond. Daarnaast een beetje puzzel- en rekenwerk voor de liefhebbers. Parkeren kan in de buurt van het 1e WP. Nergens hoeft prive terrein betreden te worden. Totale ronde is ruim 5 km en duurt ruim 2 uur (lopend).

WP 1: N 52 15.733 E 006 48.273 Villa "t Annink" De VILLA 't Annink werd door de architect A. Beudt in cottagestijl ontworpen in opdracht van B.ter Kuile en is in 1920 gebouwd. De villa ligt in het villapark Driene aan de rand van Hengelo. De tuin, die voor de bescherming van ondergeschikt belang is, werd tegelijk met de bouw van het huis aangelegd. Hiervan zijn onder andere delen van het oorspronkelijke terras en de border nog aanwezig. In de tuin staat een houten duiventil. De asymmetrische voorgevel is in vier traveeën opgedeeld. Onder het dak zijn drie dubbele zesruits vensters zichtbaar. De indeling van het huis is nagenoeg ongewijzigd sinds de bouw. De trap, de parketvloer, de vensters en deuren met hang- en sluitwerk nog origineel. De Villa heeft een hoge architectuurhistorische waarde vanwege de gaafheid van ex- en interieur en is een gaaf voorbeeld uit het oeuvre van de Enschedese architect A. Beudt. Met name vanwege de fraaie detaillering. A= alle cijfers op het ANWB bordje stapeltellen en dan minus 3 WP 2: N 52 15.779 E 006 A7.892 Molenstomp De molen van Weggeman is al lang niet meer een molen, waar eens het molenaarshuis stond, staat tegenwoordig een voormalig notariskantoor. De molen is al heel lang geleden onttakeld, rond de vorige eeuwwisseling. In 1886 vroeg molenaar Weggeman een vergunning aan om een stoommachine van 10 PK te mogen plaatsen. (de rookleiding boven de stoomketel moest minstens 20m boven de begane grond reiken, daar de molen met riet gedekt was). Sinds 1910 is de molen buiten bedrijf, het molenaarshuis dat ernaast stond is in 1926 afgebroken. De molenromp werd gebruikt als opslagplaats. In de jaren zeventig was de molenromp een honk voor mindervalide kinderen, dat door juffrouw Smit werd onderhouden. De molen werd De Jeugdsmitse, daarna was er een atelier en expositieruimte voor een kunstenaarscollectief. Deze Molenstomp bevindt zich in het Prins Bernhardplantsoen. In het park vindt je een rozentuin, vijver, gazons en boompartijen. Een aantal bomen is monumentaal, zoals enkele paardekastanjes, een grote iep en twee bruine beuken, waarvan er één geplant is ter gelegenheid van het huwelijk van (toen) prinses Juliana en prins Bernhard in 1936 (herplant in 1972) toen het park zijn huidige naam kreeg. In het park staan ook een klassieke muziekkoepel (1921) en Paviljoen de Ontmoeting (oorspr. 1930). WP 3: N 52 15.712  E 006 A7.639 Perronoverkapping Deze perronoverkapping stamt uit 1899 en is ontworpen door architect G.W. van Heukelom en is nu onderdeel van het na-oorlogse station van Hengelo. De perronoverkapping heeft een Y-vormige plattegrond, met de twee poten aan de oostkant. De twee poten en het westelijke deel van de kap sluiten lager aan op het middelste gedeelte. De overkapping is uitgevoerd in geklonken stalen vakwerk-kniespanten, verbonden met dwarsliggers. De onderste ligger is in de aansluiting op het kniespant rond gebogen. De kap is gedeeltelijk met glas dichtgezet. De overkapping heeft aan beide zijden een overstekende luifel op gebogen, geklonken korbelen. De perronoverkapping is van cultuur- en architectuurhistorisch belang vanwege het ontwerp dat kenmerkend is voor de perronoverkappingen in het oeuvre van architect G.W. van Heukelom en de zeldzaamheid van gave vooroorlogse perronoverkappingen. B= het totale aantal treden waarmee je van de begane grond naar de perrons kunt WP 4: N 52 15.603    E 006 47.67(A-1) Verenigingsgebouw Dit gebouw huisvestte een toneelzaal voor werknemers van de Storkfabrieken. Momenteel wordt het gebouw grootschalig verbouwd. Het is in 1893 in opdracht van C.T. Stork ontworpen door de architect C.B. Posthumus Meyes in eclectische bouwstijl met Hollandse neo-renaissancistische en chaletstijl elementen. Het gebouw staat op de hoek van een plein achter het station, waaraan zich eveneens de fabrieksgebouwen van Stork bevinden. Aan de linker gevel is in 1938 een aanbouw met stalen vensters toegevoegd. Aan de voorzijde bevinden zich twee torens op een vierkante plattegrond. Achter dit representatieve voorkomen is een groot rechthoekig gebouw opgetrokken over twee bouwlagen onder een plat dak met overstekende gootlijsten. In dit gedeelte bevond zich oorsponkelijk hoogstwaarschijnlijk de toneelzaal. De gevels zijn voorzien van zandstenen speklagen, aanzet- en sluitstenen en friezen met houtsnijwerk. De voorgevel is nagenoeg symmetrisch, met een risalerende middenpartij onder een steekkap met ver overstekende dakvlakken, die dienen als overkapping van de balkons links en rechts van het risaliet. Op de nok staat een piron. Aan de linker zijde diende het balkon tevens als overkapping van de entree: aan de rechterzijde is de ruimte onder het balkon dichtgemetseld en zorgen de zuilen voor de geleding van de gevel. Achter de balkons zijn de torens onder een spits geplaatst. De torens zijn voorzien van hoeklisenen en een boogfries onder de ver overstekende geprofileerde gootlijst met gesneden consoles. Het verenigingsgebouw is van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundig belang vanwege de functie als verenigingsgebouw bij een fabriekscomplex en de betekenis van fabrikant Stork voor de sociaal-economische geschiedenis van Hengelo. Daarnaast is de eclectische bouwstijl met Hollandse neo-renaissancistische en chaletstijl elementen, de gaafheid van de buitenkant van het gebouw en de beeldbepalende ligging aan het plein van cultuurhistorische waarde. C= tel de getallen van het bouwjaar en jaar van de verbouwing bij elkaar op (volgens het gebouw). Daarna stapeltellen. juli 2019: gebouw is prive eigendom en kan daarom niet meer van dichtbij bekeken worden. Daarom coordinaat iets aangepast. Op deze plek staat een blauw paaltje; stapeltel alle getallen + de letterwaarde van de enige letter op het paaltje om C te bepalen. WP 5: N 52 15.(C-2)2A  E 006 AC.340 Industrieschool – Wilhelminaschool. Onderweg hier naartoe kun je ANWB-bordjes vinden met informatie over Stork, het Ketelhuis van Stork en de laatste fabriefsschoorsteen van Hengelo. De school is als industrieschool voor de toekomstige werknemers van de Stork fabrieken in opdracht van Hengelose industrieel C.T. Stork tussen 1917 en 1918 gebouwd. Het ontwerp voor deze school in neo-renaissance-stijl is van de hand van de architect Karel Muller. Op deze school werd aan de toekomstige werknemers van Stork technisch onderwijs gegeven. Het gebouw heeft een U-vormige plattegrond en is met rode baksteen gebouwd. De vensters zijn voorzien van zesruits bovenlichten en natuurstenen blokken ter hoogte van de boven-, onder- en wisseldorpel. De vensters worden afgesloten door strekken met aanzetstenen van witte siersteen. Hierboven is een speklaag aangebracht met daarboven een onderbroken strook met decoratief metselwerk. Boven de ingang bevindt zich een natuurstenen strook met inscriptie. In de hal van de school bevinden zich onder andere het originele trappenhuis en glas-in-lood vensters. Deze fabrieksschool is van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundige belang als school behorend bij het fabriekscomplex van Stork en vanwege de beeldbepalende ligging en de ruimtelijke relatie met het fabriekscomplex. D = woordwaarde van de naam op de gevelsteen. Uitkomst delen door 2 en vervolgens minus 80. WP 6: N 52 15.358 E 006 AC.13 (D-1) Zouttoren Vanaf de jaren ‘30 werden in de driehoek Enschede - Hengelo - Boekelo met de buurtschap Twekkelo als centrum hoge donker geteerde houten boortorens gebouwd voor de zoutwinning. Hier staat een voorbeeld, met alternatief gebruiksdoel. Inmiddels zijn deze torens vervangen door lage, houten, groene `zouthuisjes` (bijgenaamd `hondenhok`) met een mobiele boorinstallatie. E = het aantal ventilatieroosters in dit gebouw ( even getal) WP 7: N 52 15.(E+1)56 E 006 A6.D23 Woonhuizen Dit zijn twee identieke, gespiegelde woonhuizen. De voordeur is een paneeldeur met drieruits bovenlicht. De enkele, dubbele of driedelige H-vensters met vierruits bovenlichten zijn geplaatst onder strekken en behangen met paneelluiken. Deze woonhuizen zijn van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundig belang vanwege de ruimtelijke en functionele relatie met de andere onderdelen van 't Lansink en de aan traditionele Engelse stadshuizen verwante bouwstijl. F = hoeveel panelen (!) van raamluiken tel je op de huizen met huisnummers 23, 25 en 27 WP 8: N 52 15.6(F-9) E 006 A6.91(E-1) Hofje met arbeiderswoningen Het hofje met tien arbeidswoningen is in 1911 gebouwd naar een ontwerp van Karel Muller die het heeft gekopieerd van Engelse woningen in tuindorpen. De indeling is aangepast aan de Twentse arbeider. De indeling van de achtergevels en de interieurs van de woningen zijn gewijzigd t.o.v. het origineel. De voor- en zijgevels van de woningen zijn later wit geschilderd. De arbeiderswoningen maken deel uit van de eerste fase van tuindorp 't Lansink, dat werd ontworpen in opdracht van de Hengelosche Bouwvereniging die in 1867 door de fa. Gebr. Stork en Co. was opgericht. In de periode 1911-1929 werd in drie fases door Karel Muller, P.H. Wattez en L.A. Springer aan de ontwerpen van 't Lansink gewerkt. Na 1945 voegden A.K. Beudt en Van Broekhuizen een laatste deel aan het tuindorp toe. Model voor 't Lansink stonden de Engelse tuindorpen. In de architectuur is naast hoofdzakelijk Engelse invloed ook sprake van Duitse elementen. In Nederland is het tuindorp uniek dankzij de gaafheid van de aanwezige aanleg, groenstructuur en architectuur. Het hofje dat door de tien woningen gevormd wordt ligt aan de Lansinkweg, één van de hoofdwegen, vlakbij het C.T. Storkplein, het centrum van het tuindorp. De tien woningen vormen in twee blokken van drie en één blok van vier een U, die open is aan de straatkant, waar oorspronkelijk een pergola stond. De blokken worden met elkaar verbonden door muurtjes met ezelsruggen en houten getoogde poortdeuren. Het hofje met de tien arbeiderswoningen is van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundig belang vanwege de ruimtelijke en functionele relatie met de andere onderdelen van tuindorp 't Lansink, de vormgeving die is geïnspireerd op Engelse arbeiderswoningen in tuindorpen, de plaats die tuindorp 't Lansink inneemt in het oeuvre van de architect Karel Muller en de beeldbepalende ligging aan de Lansinkweg vlakbij het C.T. Storkplein. G = tel alle huisnummers van dit hofje bij elkaar op WP 9: N 52 15.629 E 006 EC.0(D-C)(A+2) Hier vind je info over de wijk 't Lansink. Stapeltel het jaartal waarin de Machinefabriek van Stork geopend werd om H te bepalen. WP 10: N 52 15.8H7 E 006 4C.2C2 Weeshuis Het gebouw is in 1894 aan de rand van het toenmalige centrum gebouwd door de Nederlands Hervormde Gemeente als weeshuis. Boven de ingang zit een natuurstenen gevelsteen met naam Ned. Herv. Weeshuis. Aan weerszijden van de gevelsteen zitten versierde muurankers. Dit is het enige pand in Hengelo dat een dergelijke functie heeft gehad. Hierdoor heeft het een hoge zeldzaamheidswaarde. Cultuurhistorisch gezien heeft het pand grote waarde mede doordat het duidelijk herkenbare verwijzingen bevat (door de gevelsteen) naar de bijzondere historisch maatschappelijke functie. i: de woordwaarde van het enige hele woord op de gevelsteen = XYZ, X+Y+Z+5 = i WP 11: N 52 i.843 E 006 4(F/A).H11 Neo-classicistische herenhuis Dit huis is ontworpen door de architect J. Moll in opdracht van de heer Wilmink in 1880. De voordeur is vervaardigd naar een ontwerp van Caspar F. Homann. Dit pand, waar tegenwoordig de oudheidkamer van Hengelo in is gevestigd, is één van de weinig overgebleven oudere woonhuizen in het centrum van Hengelo. Het originele interieur is nog aanwezig met onder andere een eenvoudige trappartij, plafonds met sierstucwerk en suitedeuren tussen de hoofdvertrekken. Dit herenhuis is van cultuur- en architectuurhistorisch belang als voorbeeld van een eenvoudig herenhuis in neo-classicistische stijl en vanwege de gaafheid van de binnen- en buitenkant. j = is het aantal witte bloemen op de deur WP12: N 52 15.9(J-2) E 006 47.6(H-E)6 Sint-Lambertusbasiliek Deze basiliek is gebouwd in1889-1890 door G. te Riele Wzn. Het is een driebeukige, op de late Nederrijnse gotiek geinspireerde hallenkerk met slanke, ronde pijlers en kruisribgewelven. Koor en zijbeuken hebben driezijdige sluitingen. De hoge toren heeft drie nissen in elk gevelvlak en een ingesnoerde naaldspits. In 1907 werd het eerste orgel geleverd door de firma Gradussen uit Nijmegen. Dit 2-klaviersinstrument (21 registers & pedaal) heeft tot aan zijn vervanging in 1949 dienst gedaan. In 1938 werd na de uitbreiding van de koorzolder door kerkarchitect te Riele de bouw van een groter orgel overwogen. Grote man achter deze plannen was de uit Eggerode (Duitsland) afkomstige professionele kerkmusicus August Vörding, die midden jaren twintig van de 20 eeuw eerst was aangesteld als organist en later tot dirigent werd benoemd. Door gedegen koorscholing stuwde hij het koor naar grote hoogte, zodat het rond de oorlog landelijke bekendheid verwierf, met o.a. uitvoeringen van de dubbelkorige E-moll-mis van Bruckner. In 1943 werd een contract getekend voor een 57 stemmen tellend orgel van Vermeulen uit Alkmaar. Door oorlogsomstandigheden werd dit plan noodgedwongen vertraagd en gewijzigd. In overleg met Vermeulen Orgelbouw uit Alkmaar en het kerkbestuur kwam het aangepaste plan tot stand voor een orgel van 45 stemmen verdeeld over 3 klavieren en pedaal. Dit werd in 1949 in gebruik genomen en heeft dienst gedaan tot de totale restauratie en uitbreiding in 2007. Daarbij werd het orgel uitgebreid met 13 stemmen. Pijpmateriaal voor de uitbreiding werd deels nieuw vervaardigd en was voor het overige deel afkomstig van een Adema-orgel uit 1960 uit een gesloopte kerk in Haarlem. Tevens werd het orgel voorzien van een vierde klavier in zwelkast en setzercombinaties. K = Stapeltel het laatste renovatiejaar van de basiliek. WP 13: N 52 15.807 E 006 AC.891 Villa Deze villa in Art Nouveau bouwstijl is waarschijnlijk gebouwd naar ontwerp van architect Elzinga in ca. 1900 in opdracht van mevrouw Rendink. De indeling en een aantal elementen van het oorspronkelijke interieur zijn bewaard gebleven. Voor het huis staat een smeedijzeren hek in Art Nouveau stijl. De gevels, gemetseld in verblendsteen boven een hoge hardstenen plint, zijn asymmetrisch ingedeeld met details in zandsteen. In de omlijstingen van de vensters en de zandstenen blokken in de gevel bevinden zich basreliëfs met gestileerde florale motieven. In de gevel, ter hoogte van de verdiepings- en zoldervloer, zitten grote gesmede sierankers. Op het risaliet is een loggia gebouwd met een gemetselde balustrade en zandstenen geprofileerde kolommen, kapitelen en rondbogen. De kolommen worden gekoppeld door siersmeedijzeren trekstangen. Een zandstenen lijst met gebeeldhouwde blokken op de hoeken sluit het geheel af. De entree bestaat uit een bewerkte houten deur met een T-venster met glas-in-lood onder een hoefijzerboog. Daarboven een drie-ruits bovenlicht in een zandstenen omlijsting met Art Nouveau bas-reliëf onder een horizontaal tegeltableau. Tegen de rechter zijgevel bevindt zich rechts een aanbouw met in de voorgevel de oorspronkelijke dienstingang, onder een segmentboog met zandstenen aanzetstenen. Op de aanbouw een balkon met een houten balustrade, toegankelijk door een deur met bovenlicht. De oorspronkelijke indeling van het interieur is herkenbaar en een deel van de oorspronkelijke deuren, deurposten en betimmering is nog aanwezig. De villa is van architectuurhistorisch belang als goed en stijlzuiver voorbeeld van Art Nouveau architectuur en vanwege de gaafheid als zeldzaam Art Nouvea. L = het aantal licht blauwe glas in lood raampjes aan de voorzijde van het huis Cache: N 52 (D - E - H + 1) (B - F - j - A + 1) ((G/H) - D - H) ((C x H)- j - A) (i - C - E) E 006 E K (L-C) (j - i) ((F - K) - (H x A)) Controle getal 1)= A t/m F bij elkaar opgeteld =110 Controle getal 2) = G t/L bij elkaar opgeteld = 159

Additional Hints (Decrypt)

bire qr zhhe (wr ubrsg avrg va qr ghva gr fgnccra)

Decryption Key

A|B|C|D|E|F|G|H|I|J|K|L|M
-------------------------
N|O|P|Q|R|S|T|U|V|W|X|Y|Z

(letter above equals below, and vice versa)